Gisteren zond Zembla ‘6- voor de leraar’ uit.
Toen de programmamakers bij mij op kantoor kwamen filmen, ging het over de case van een leraar in opleiding, die op de HU alleen zou zijn opgeleid in ontdekkend leren. Ook ging het om de kwaliteit van de lerarenopleiding. Pas in de twee weken na de opnamen is de kwestie werkdruk eraan toegevoegd.
Tijdens het interview heb ik gemeld dat ik niet in de accreditatiecommissie zit van lerarenopleidingen, dus er eigenlijk niets over kan zeggen. Ik weet dat de pabo’s en lerarenopleidingen hard hebben gewerkt om hun kwaliteit te verbeteren. Tijdens mijn werk kom in aanraking met goed opgeleide leraren en zwakke. Ik zie in de praktijk leraren die het in hun eerste jaar al fantastisch doen en ik zie leraren waar ik hoofdpijn van krijg. Tijdens trainingen merk ik dat onderwijstheorieën waar de praktijk iets mee kan om de kwaliteit te verbeteren of het onderwijs aantrekkelijker te maken voor leerlingen, niet altijd in een gespreid bedje vallen, maar dat is niet iets van vandaag of gisteren.
Tijdens het interview is gemeld dat ik niet geloof dat leraren alleen worden opgeleid in ontdekkend leren en dat ik dat ook snel even heb geverifieerd op de website van de HU. Ik lees dat bij de voltijds opleidingsvariant een blok ‘methodology’ wordt gegeven en studenten daar onderdelen kunnen volgen over tweede taalverwerving, directe instructie, effectieve vragen stellen, activerende werkvormen, onderwijstheorieën enzovoorts. Mijns inziens zit de zwakte dus niet in het aanbod, maar in de vrijheid die studenten hebben bij de afname van dat aanbod. Er is geen aanwezigheidsplicht en niet alles wordt getoetst. Een blok wordt afgerond met een portfolio en een toets waarbij het portfolio 70% telt en de toets 30%. Dus de belangrijkste onderdelen van de opleiding, het theoretisch kader, wordt getoetst met een portfolio dat bestaat uit gemaakte lesplannen. Dat is een papieren werkelijkheid en garandeert niets. Van beginnende leraren hoor ik hoe zij portfolio’s in elkaar knutselden en er niets van hebben geleerd. Als ik dat weet, moet de opleiding dat ook weten. We zouden niet naïef moeten zijn, als studenten er de kantjes van af kunnen lopen, dan gebeurt dat, dat is nooit anders geweest. Kortom, de lerarenopleiding Engels van de HU biedt essentiële basiskennis aan, maar in de praktijk lijkt dat niet door iedere student gevolgd te worden. Er zijn studenten die van de opleiding komen en alle blokken hebben bezocht en de benodigde kennis (en meer) bezitten en er zijn studenten die slechts één blok hebben gevolgd, maar wel een opgeblazen portfolio inleverden en dus konden slagen. Daarmee is de opleiding te vrijblijvend en is een diploma geen garantie dat leraren de basiskennis bezitten die nodig is om goed te kunnen lesgeven.
Het is jammer dat de HU er niet voor heeft gekozen in de uitzending een tegengeluid te laten horen of te vertellen hoe zij omgaan met het bewaken van de kwaliteit.
Bij het doorvragen op de case van mevrouw van Herk, antwoord ik dat ik niet twijfel aan de beleving van mevrouw van Herk, dat zij het alleen zo heeft geleerd, maar als ik naar de inhoud van de opleiding kijk moet vaststellen dat er wel andere instructiemodellen aan de orde komen en dat er ook uitdrukkelijk aandacht is voor het werken met bestaande lesmethodes Engels die op verschillende scholen worden gebruikt. Dat ik het dus vreemd vind dat zij zonder methode moet werken en zelf alles moet bedenken.
Op de vraag of ontdekkend leren geschikt is voor het leren van de Engelse grammatica, geef ik aan dat het zelf ontdekken van grammaticaregels een omslachtige en weinig efficiënte exercitie is in het onderwijs. De onderwijstijd is beperkt, die moet je nuttig besteden, vooral als het gaat om kinderen die het uitsluitend van formeel leren moeten hebben.
De interviewer vraagt door over de opleiding die zegt dat ontdekkend leren de methode is die gebruikt moet worden en al het andere ouderwets is. Daarop antwoord ik nogmaals dat ik het mij niet kan voorstellen en vertel dan dat ontdekkend leren niet het didactische model is om nieuwe grammaticaregels te leren en dat de HU dat ook zal weten. Op dat moment breng ik Hattie in en zeg dat ontdekkend of onderzoekend leren pas op de 91e plaats staat van didactische structuren die je kunt gebruiken en dat er dus andere didactische modellen zijn die effectiever zijn.
Alles wat is gezegd, is gezegd in een bepaalde context. Ik ben geen tegenstander van ontdekkend leren, ook dat heb ik gezegd, maar ik heb daaraan toegevoegd dat je er spaarzaam mee om moet gaan, je moment moet kiezen en je moet realiseren dat het niet geschikt is voor alle onderwerpen en voor alle leerlingen. Zelf grammaticaregels ontdekken is een tijdrovende kwestie en verspilling van tijd. Zelf ontdekken welke materialen wel en niet magnetisch zijn en waarom is motiverend, nuttig en effectief. Maar alleen als je al heb geleerd wat magnetisme is en dat het te maken heeft met aantrekken en afstoten.
Context, context, context. De uitzending is HIER terug te zien.
recente reacties